dec
20
2009
177

PVV vraagt kamer: Wat kost een niet westerse allogtoon?

Sietse Fritsma
Wat kost de aanwezigheid van niet-westerse allochtonen de staatskas en wat brengt deze groep de staat in het laatje?
Met deze vraag, eind juli, van het Kamerlid Fritsma, lukte het de Partij voor de Vrijheid (PVV) weer om het politieke initiatief naar zich toe te trekken. Voorspelbaar rumoer in het politieke kippenhok echter, bij nadere beschouwing verdienen deze Kamervragen een strategischer antwoord. Dat zij passen in het tactische spel dat de PVV als anti-immigratiepartij telkens opvoert, hoeft daaraan niets af te doen. Het vergt een gedachtesprongetje, maar de vragen van de PVV zouden als een opening kunnen fungeren naar een zakelijker en minder beladen immigratiedebat.

Immigratie wordt grosso modo beleefd als iets wat ons is overgekomen, veel burgers voelen zich onmachtig en zien te weinig perspectief. Het overheidsbeleid staat in het teken van ‘integratie’, maar over de betekenis daarvan bestaat geen maatschappelijke consensus. Vandaar ook dat de aandacht voor symbolische kwesties (handen schudden, gescheiden inburgering, identiteitsverlies, islamisering) en de emotie de boventoon voeren. Het ontbreken van een langetermijndoel bemoeilijkt het voeren van een zakelijk debat.

En nu blijkt het uitgerekend de PVV te zijn, de partij die bestaat van het onbehagen, die met de Kamervragen van Fritsma de zakelijkheid ten tonele voert. En van de vraag naar kosten en baten van immigratie (door de vragensteller overigens bewust, maar ten onrechte, beperkt tot niet-westerse nieuwkomers) is het maar een stapje naar een achterliggend doel.

Daarom is het belangrijk dat deze door de PVV opgelaten ballon niet ‘verontwaardigd’ wordt doorgeprikt, maar in de lucht blijft. Eindelijk gaat het eens niet over islamfascisme, de dreiging van de sharia of de nakende wereldheerschappij van het kalifaat. Nee, het gaat over kosten en baten van immigratie en daarover kun je in elk geval zakelijk praten, anders dan over een tsunami aan vreemdelingen, bedreigde nationale identiteit of islamisering.

Met de vraag naar kosten en baten stelt de PVV impliciet de norm dat de aanwezigheid van immigranten het land per saldo iets positiefs moet opleveren. In klassieke immigratielanden heet dat: win-win. Als het goed is hebben zowel de immigrant als het ontvangende land baat bij immigratie, luidt daar het uitgangspunt. (Dankzij dit win-windenken konden de Verenigde Staten zich ontwikkelen tot het meest welvarende en invloedrijke land ter wereld).

Een zakelijke en resultaatgerichte immigratiementaliteit zou het gevolg kunnen zijn, met minder overheersing van symbolische en culturele kwesties. Minister Van der Laan (Integratie, PvdA) die namens het kabinet het door Fritsma opgegeven huiswerk coördineert, zou de kans niet mogen missen om de beantwoording van de PVV-vragen in dit perspectief te plaatsen.

Let the games begin

Wat kost de PVV

Onze sponsor Colani | Ontwerp: Oppositie 2.0 door colani.nl