okt
22
2019

VN-rapporteur: ‘Opsporingssysteem voor uitkeringsfraude is discriminerend’

 

Het Nederlandse system dat uitkeringsfraude moet opsporen, is volgens VN-rapporteur voor de mensenrechten Philip Alston reden voor ernstige zorgen. Het systeem zou mensen met een migratie-achtergrond en mensen met een beperkte financiële bewegingsruimte discrimineren, stelt hij in een brief die gericht is aan de rechtbank te ‘s-Gravenhage.

in het systeem SyRI (Systeem Risico Indicatie) van het ministerie van Sociale Zaken wordt gebruik gemaakt van een algoritme dat gegevens van eerdere fraudeurs koppelt aan gegevens uit databases van meerdere overheidsinstanties met als doel een zo accuraat mogelijk risicoprofiel op te stellen. Dit risicoprofiel wordt gebruikt om gegevens van burgers mee te kunnen vergelijken. Zo ontstaat een lijst met burgers waarvoor geldt dat het op basis van deze kenmerken waarschijnlijker wordt geacht dat ze zich schuldig maken aan fraude, aldus de NOS.

Privacy onder vuur

‘De privacy van hulpbehoevende burgers lag van oudsher al onder vuur vanwege ingrijpende controles en screenings die ze moesten ondergaan om in aanmerking te komen voor bijstand.Met systemen als SyRI dreigt voor deze burgers echter een technologische surveillancestaat te worden gecreëerd waarin van het recht op privacy weinig meer dan een illusie overblijft’, aldus Alston. ‘Men is er tot dusver niet in geslaagd om bedrijven, de overheid en de samenleving in het algemeen ervan te overtuigen dat een verzorgingsstaat gedreven door technologie, rampzalig zal uitpakken als de inzet ervan niet wordt geleid door respect voor fundamentele rechten.’

‘SyRI ondermijnt principe’

In principe is het zo geregeld dat overheidsdiensten gegevens mogen verzamelen voor hun eigen doeleinden, aldus Bart van der Sloot, verbonden aan de Universiteit van Tilburg en gespecialiseerd in privacy en Big Data. Van der Sloot: ‘SyRI vormt een ondermijning van dat principe. De politie verzamelt gegevens voor één doel, een andere dienst voor een ander doel. Door SyRI kunnen deze gegevens gedeeld worden. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft onlangs een aantal uitspraken gedaan: de wetgeving moet als zodanig helder, duidelijk en precies zijn en dus aangeven óf, welke en waarom gegevens worden gedeeld. Hier voldoet de wet die SyRI mogelijk maakt niet aan.’

Geen kritische behandeling in de Eerste en Tweede Kamer

Volgens VN-rapporteur Alston is de wet die SyRI mogelijk maakt niet adequaat behandeld in de Eerste en Tweede Kamer. De wet zou ‘als hamerstuk zijn aangenomen’ en hij beticht het parlement ervan weinig interesse te hebben in de exacte werking van deze wet. Dat concludeert hij op basis van het gebrek aan debat en het geringe aantal schriftelijke vragen dat gesteld is, ondanks kritiek en bezwaren van overheidsorganen zoals de Raad van State.

De Raad van State is van mening dat het systeem tegen de Wet bescherming persoonsgegevens ingaat, omdat de gegevens in beginsel alleen gebruikt mogen worden voor zeer concrete doeleinden. Ook de toenmalig voorzitter van privacywaakhond College Bescherming Persoonsgegevens uitte bezwaren en stelde tegenover EenVandaag dat het door het parlement aannemen van SyRI ‘dramatisch’ was.

‘Data is niet zaligmakend’

Dataspecialist Bart van der Sloot vraagt zich af of het verstandig is om vast te blijven houden aan het idee dat data per definitie vooruitgang betekent: ‘Als het wel voordelen zou bieden, moeten we ons afvragen of we wel in zo’n samenleving willen leven.’

Bron: EenVandaag / NOS.nl

 

Geen reacties »

Abonneren op de RSS-feed van deze topic.


Plaats een reactie

(wegens opgewonden standjes moet uw reactie eerst goedgekeurd worden)

*

Onze sponsor Colani | Ontwerp: Oppositie 2.0 door colani.nl