Ieder Kamerlid kan moreel ten val komen, uit z’n fractie gezet worden en dan partijloos aan het pluche blijven plakken. Maar volgens de recente statistieken piekt de kans op ‘zetelroof’ bij een optelsom van zeven kenmerken: man, 50-plusser, academisch geschoold, ondernemer, opgeklommen via lokale politiek, handelt in onroerend goed, lid van de VVD. Stel nu eens dat er een moraal-recherche bestond, die heimelijk extra diep in de boekhouding en het privéleven zou spitten van alle politici die aan ten minste zes van deze zeven criteria voldoen. Want dat zijn toch ‘bewezen’ risicogevallen … Het zou beslist tot protesten leiden onder senioren, ondernemers, academici, mannen et cetera op de kandidatenlijsten: ‘Wij worden gestigmatiseerd! Wij worden bij voorbaat verdacht, omdat we toevallig op een Wybren van Haga of Johan Houwers lijken!’
Ieder die van een uitkering leeft, kan moreel ten val komen: foute informatie verstrekken, fraude plegen. Maar de kans dat je als verdachte in het vizier komt bij de opsporingsdiensten, neemt met sprongen toe als je in dezelfde wijk woont en dezelfde gedragingen en kenmerken vertoont als mensen die al eerder zijn veroordeeld voor fraude met uitkeringen of toeslagen. Vooral door een statistische stapeling van data kan de argwaan naar bepaalde burgers uitgaan. Zonder dat zij kunnen weten wélke indicatoren hen als verdachte in beeld hebben gebracht. Want de systemen waarmee de overheid op uitkeringsfraude jaagt, werken volgens een onnavolgbaar en geheimzinnig algoritme. (lees verder…)