mei
21
2008
48

Het Baader Meinhof Komplex (2008)

Der Baader Meinhof Komplex

Der Baader Meinhof Komplex

Berlijn 1967. Door Amerikaanse anti-oorlog bewegingen geïnspireerde studenten gaan de straat op om te protesteren tijdens het bezoek van de Iraanse Sjah. Het protest wordt echter neergeslagen door de agenten van de Sjah en heeft ingrijpende gevolgen. Vanuit haar huiskamer volgt Ulrike Meinhof (Martina Gedeck) de ontwikkelingen en besluit dat er iets moet gebeuren. Ze komt in contact met de extremistische Andreas Baader (Moritz Bleibtreu) en beide vormen vanaf dat moment de ‘Rote Armee Fraktion’.

De film uit 2008

Duitsland / Frankrijk / Tsjechië
Drama / Misdaad
150 minuten

geregisseerd door Uli Edel
met Martina Gedeck, Moritz Bleibtreu en Johanna Wokalek

Duitsland, 1970. Bomaanslagen, het dreigende terrorisme en angst bedreigen de grondvesten van de jonge Duitse democratie. De geradicaliseerde Nazi-kinderen, geleid door Andreas Baader, Ulrike Meinhof en Gudrun Ensslin strijden een gewelddadige oorlog tegen het nieuwe fascisme: het Amerikaanse imperialisme, gesteund door de Duitse formatie. Baader, Meinhof en Ensslin vormen der Rote Armee Fraktion (RAF), met als doel het creëren van een meer menselijke samenleving. Bij het nastreven van hun ideal… (lees verder…)

okt
20
2007
1

Zwanezang Raf, Dood in Stammheim, zelfmoord of buitengerechtelijke executies

Naar aanleiding van de 30 jarige herdenking van de dood, in de gevangenis, van twee RAF kopstukken en de dood, op weg naar het ziekenhuis van een derde, is het van belang, stil te staan bij de vraag, of er sprake is van zelfmoord of buitengerechtelijke executies. Bovendien zijn de destijds door de Duitse Overheid genomen ”anti-terreur en detentiemaatregelen” in strijd met de mensenrechtenregels

Beste lezers,

Op 18-10 van dit jaar (2007) was het precies dertig jaar geleden, dat na een periode van, ontvoering, gijzeling, vliegtuigkaping en het opleggen van de meest ingrijpende isolatiemaatregelen, in de vroege ochtend twee kopstukken van de Rote Armee Fraktion [RAF], Andreas Baader en Gudrun Ennslin, dood in hun cel in de zwaarbeveligde Stammheimgevangenis werden aangetroffen, de eerste door een nekschot en de tweede opgehangen in haar cel
Een derde kopstuk, Carl Raspe, werd bloedend in zijn cel aangetroffen en overleed op weg naar het ziekenhuis
De enige overlevende, Irmgard Moller, werd met messteken in haar borst aangetroffen

Volgens de officiele lezing zou hier sprake zijn van een ”collectieve zelfmoord”
Hierbij zet ik vraagtekens, o.a. ondersteund door zowel de lezing van de kort geleden overleden Nederlandse RAF advocaat, Bakker Schut, alsmede het getuigenis van Irmgard Moller, die de collectieve zelfmoordlezing altijd heeft bestreden (lees verder…)

nov
21
2002
0

Baader (2002)

baaderHet verhaal over de Rote Armee Fraktion (RAF), een terroristische, Duitse organisatie die geleid werd door Andreas Baader, Gudrun Ensslin en Ulrike Meinhof. Zij werden onder meer getraind in Palestijnse trainingskampen en pleegden in de jaren zeventig aanslagen op Amerikaanse militaite doelwitten.

Duitsland / Verenigd Koninkrijk
Drama / Thriller
115 minuten

geregisseerd door Christopher Roth
met Frank Giering, Laura Maori Tonke en Birge Schade

Deze film zoek ik nog, heeft iemand deze ter overname graag een reactie of mail.

okt
29
2002
0

ROTE ARMEE FRAKTION – Trophäen für den Panzerschrank

Trophäen für den Panzerschrank

Baader, Ensslin, Raspe – die Häftlinge von Stammheim landeten 1977 auf dem Seziertisch von Hans Joachim Mallach. 25 Jahre später reden erstmals dessen Söhne über einen Gerichtsmediziner mit SS-Vergangenheit und sein Geheimnis: die Masken der Toten. Von Jürgen Dahlkamp

Tübinger Bergfriedhof, 19. Oktober 1977, 0.30 Uhr. Leichensache L 250/77: Auf dem stählernen Obduktionstisch lag der tote Terrorist Andreas Baader und starrte Hans Joachim Mallach an. Aufgesetzter Kopfschuss von hinten – auch Baader, der brutalste RAF-Führer, hatte sich Mallach also ans Messer geliefert, und das Messer schnitt nun rasch durch die Haut, bis ins Innerste des Feindes.

Ein Feind? Gegen Feinde hatte der Mann am Messer im Krieg gekämpft, Russland, Normandie, Ardennen, so einen wie Baader nannte Mallach, wenn er zu Hause über ihn redete, einen “Strolch”. Einen, der auf alles gespuckt hatte, was Mallach heilig war. Die Ordnung, den Respekt, das was Mallach meinte, wenn er seinen eigenen Söhnen Wolfgang und Detlef “preußisches Männertum” einimpfte.

Die Schädelhöhle: Mit der Routine eines Handwerkers hatte der Ordinarius der Tübinger Gerichtsmedizin zuerst Baaders Hirn herausgenommen. Im Gewebe entdeckte er mit seinem Stuttgarter Kollegen Joachim Rauschke eine fingerstarke Rinne, quer durch Kleinhirn, Stammhirn und Mantelkante des rechten Stirnlappens. Da war er, der Schusskanal. (lees verder…)

okt
29
2002
0

25 jaar na de Duitse herfst

‘Het moest er uitzien alsof de RAF-gevangenen door de staat waren vermoord’


Begin september 1977 ontvoerden terroristen van de Rote Armee Fraktion (RAF) de voorzitter van de Duitse werkgevers, Hanns-Martin Schleyer. Daarmee wilden zij de bondsregering dwingen elf andere RAF-leden uit gevangenschap vrij te laten. Onder hen bevonden zich vier RAF-terroristen van het eerste uur die al sinds 1972 gevangen werden gehouden en kort tevoren waren veroordeeld: Andreas Baader, Gudrun Ensslin, Jan-Carl Raspe en Irmgard Möller.

Omdat bondskanselier Helmut Schmidt na vijf weken nog niet toegaf, kaapten met de RAF bevriende Palestijnse terroristen een Lufthansa-vliegtuig vol toeristen. Een speciale West-Duitse militaire eenheid slaagde er na enkele dagen in de reizigers te bevrijden. In de nacht na die bevrijding kwamen Baader, Ennslin en Raspe in hun cellen in de Stammheim-gevangenis om het leven, hoogstwaarschijnlijk door zelfmoord. Möller werd zwaargewond in haar cel gevonden, maar zij overleefde de zelfmoordpoging. Weer enkele dagen later werd het stoffelijk overschot van Schleyer gevonden in de kofferbak van een auto. Daarmee was de hete ‘Duitse herfst’ ten einde.

Confrontatie

spiegelrafZo komt een spannende confrontatie tot stand tussen de terroristen van weleer en diegenen die hen in opdracht van de staat bestreden. Bovendien blijkt dat er een Nederlandse link met het West-Duitse terrorisme was – een link die veel kijkers zal verbazen. Enerzijds komt Ronald Augustin aan het woord, een RAF-terrorist afkomstig uit Nederland. Uit idealisme sloot Augustin zich al vroeg aan bij de groep van Baader en Ennslin. Na zijn arrestatie in 1973 verdween hij voor zeven jaar in West-Duitse gevangenissen. Tegenover Augustin staat Alfred Klaus, destijds hoofd van de afdeling terrorismebestrijding van de West-Duitse centrale recherche, het Bundeskriminalamt (BKA).

Het is verbijsterend Augustin in terugblik over de RAF te horen spreken. Spijt lijkt hij niet te hebben. Gevraagd naar de doden en gewonden bij de bommencampagne in mei 1972 constateert hij nuchter dat de slachtoffers ‘US-militairen’ waren. Het overduidelijke verdriet over de in gevangenschap gestorven RAF-vrienden steekt daartegen schril af. Met gevoel voor effect spreekt hij ook over de keer dat hem tijdens een hongerstaking met geweld dwangvoeding werd toegediend, waarbij het er inderdaad te ruig aan toe ging. BKA-man Klaus is daar duidelijk nog steeds niet gelukkig mee. Hij wijst echter op het immense dilemma waar de autoriteiten voor stonden: tijdens de gecoördineerde hongerstaking gebruikten de gevangen terroristen hun eigen lichaam als wapen om deels gerechtvaardigde – erkent hij nu – en deels geheel ongerechtvaardigde eisen af te dwingen.

Moord? (lees verder…)

okt
22
2002
0

Stammheim, de RAF-top gevangen maar niet uitgespeeld (8)

In de cel

Dwangvoeding of biefstuk

Ronald Augustin, voormalig lid van de RAF

Ronald Augustin, voormalig lid van de RAF

Klaus kende de gevangenisomstandigheden goed: hij was meerdere malen op bezoek bij de RAF-gevangenen, op de zevende verdieping van de Stammheim-gevangenis. Daarbij kreeg hij zelf een keer een schop in zijn buik van Ulrike Meinhof. Ook dat hoorde volgens Klaus tot de strategie van de RAF: ‘Het begon met de weigering de bewakers te groeten, maar het ging ook zover dat bewakers werden ook geschopt, of een keer met de wc-borstel op het hoofd geslagen. Dat hoorde allemaal bij de strategie van de voortzetting van de strijd vanuit de gevangenis.’

Het ironische is dat iemand als Augustin, die feitelijk slechts een ondersteunende rol heeft gespeeld in de RAF, het in de gevangenis veel zwaarder heeft gehad dan de leiders in Stammheim. Augustin ging in 1974 voor het eerst in hongerstaking – tegelijk met een aantal andere RAF-gevangenen – om betere gevangenisomstandigheden af te dwingen. Net als de anderen kreeg hij dwangvoeding toegediend. ‘Men heeft mij met een gynaecologische tang mijn mond open gewrongen, daar een dikke slang van een centimeter dik door mijn keel gewurgd, en dan twee liter van een of andere brij doorheen gepompt, die ik, zodra de slang er weet uit was, meteen weer heb uitgekotst. Ik ben er ook doodmisselijk van geweest, wat dat betreft had het niet veel effect. Ik heb ook een of twee keer in coma gelegen, hebben ze natuurlijk gebruik van gemaakt me aan het infuus te leggen.’ (lees verder…)

okt
22
2002
0

Stammheim, de RAF-top gevangen maar niet uitgespeeld (5)

De RAF-top gevangen

Een nieuwe fase in de strijd

Stammheim_ arrestatie_BaaderIn de zomer van 1972 leek er na twee jaar intensief speuren een eind gekomen aan de RAF. Binnen een paar weken werd de hele top van de RAF gearresteerd. Alfred Klaus vervoerde hoogstpersoonlijk Andreas Baader, die bij de arrestatie in zijn been was geschoten, naar het gevangenisziekenhuis. Klaus herinnert zich dat hij naast Baader zat in de politiehelikopter en zich immens opgelucht voelde. ‘Ik dacht: nu is de strijd voor de politie voorbij. We hebben de belangrijkste mensen opgepakt en nu kunnen we rustig het proces voorbereiden. Dat bleek een grote vergissing.’

Met de arrestaties was de strijd met de RAF niet afgelopen, hij ging slechts een nieuwe fase in. Wat de leden verloren aan vrijheid wonnen ze aan martelaarschap. Er ontstond een tweede generatie van de RAF, die het vrij krijgen van de leiders als belangrijkste doel van de voortgezette strijd zag. Maar ook bovengronds kregen de RAF-gevangenen hulp: bijna direct na de arrestaties ontstond een internationale steunbeweging voor de ‘politieke’ gevangenen van de RAF. Niet geheel ten onrechte, want de Duitse justitie ging zeker in het begin heel ver in haar beveiligingsmaatregelen.

Zolang de gevangenen in voorarrest waren, mochten ze geen enkel contact hebben met andere gevangenen. Ulrike Meinhof zat in Keulen acht maanden vast in een lege vleugel van de gevangenis, waar 24 uur per dag licht brandde. Tegen dit soort toestanden kwam vanzelfsprekend protest. Ook Ronald Augustin zat maanden lang alleen in zo’n aparte vleugel in Hannover, al mocht bij hem wel het licht uit ’s nachts. ‘Mijn cel bevond zich in een stukje van het ziekenhuis van de gevangenis, een afgescheiden vleugel. Die bestond uit zes cellen en al die cellen waren leeg. Tegenover die cel buiten was de kerk van de gevangenis, in dat stukje bevonden zich ook helemaal geen gevangenen. Ik heb daar bijna zes maanden gezeten.’

Augustin werd berecht in een zwaarbewaakte, speciaal voor hem ingestelde rechtszaal op het terrein van de gevangenis. De angst voor bevrijdingsacties zat er bij de Duitse justitie goed in. Met zijn advocaat, Pieter Herman Bakker Schut, mocht hij alleen praten door een glazen wand (de ‘Trennscheibe’), iets wat inmiddels ook in Nederland heel gebruikelijk is, maar in de jaren zeventig nog heel uitzonderlijk was. Het proces tegen Augustin werd gezien als een proefproces voor het grote proces tegen de RAF-leiders, dat van 1975 tot 1977 zou worden gehouden, in een speciale zaal op het terrein van de Stammheim-gevangenis.

okt
22
2002
0

Stammheim, de RAF-top gevangen maar niet uitgespeeld (4)

‘Bundeskriminalamt’

Alfred Klaus

Stammheim_Alfred_KlausAanvankelijk waren politie en justitie met verbijstering geslagen. Terrorisme was in 1970 nog een relatief onbekend fenomeen. Als het al bestond was het iets van verre landen, zoiets hoorde niet thuis in een beschaafde westerse staat als de BRD. Alles leek juist zo goed te gaan: het ‘Wirtschaftswunder’ was geschied, links zat in de regering, de studentenprotesten waren eindelijk wat geluwd … en daar was opeens een groepje intelligente jonge mensen dat dodelijke bomaanslagen pleegde om de wereld te verbeteren. Het Bundeskriminalamt (de Duitse FBI) had geen idee wat het ermee aan moest. Maar dat er iets moest gebeuren was duidelijk.

Alfred Klaus, destijds medewerker van het Bundeskriminalamt (BKA), kreeg in 1971 opdracht om een speciale commissie op te richten binnen de organisatie: de ‘Sonderkommission Baader-Meinhof’. Klaus, nu al ruim twintig jaar met pensioen, geldt nog steeds als expert op het gebied van de RAF. Hij is inmiddels 84 en zijn gezondheid is niet meer wat ze geweest is, maar zijn geheugen is nog uitstekend. Met enige trots vertelt hij dat Ulrike Meinhof hem de geuzennaam ‘familiesmeris’ gaf, omdat hij stelselmatig de familieleden van RAF-verdachten opzocht, om zich een beeld te kunnen vormen van de voortvluchtige terroristen.

Stammheim_ MeinhoffOp basis van die bezoeken, maar later ook na gesprekken met de RAF-leiders zelf, maakte hij karakterschetsen van de staatsvijanden. ‘Ulrike Meinhof gold als de stem van de RAF, zij was de schrijfster. Zij heeft ook de drie belangrijkste pamfletten van de RAF geschreven. Gudrun Ensslin speelde eigenlijk een nog belangrijker rol: ze was een hoogbegaafde persoon, met een sterke neiging tot samenzwering. Ze was ook iemand die goed kon organiseren: ze heeft bijvoorbeeld in de gevangenis een informatie- en scholingssysteem opgezet voor de RAF-gevangenen. Ik zou haar als de motor van de RAF classificeren. En dan Andreas Baader, de man van de daad. In intellectueel opzicht kon hij niet tegen de twee vrouwen op, maar hij had een sterke criminele energie en hij was een persoonlijkheid.’ Over Augustin haalt Klaus zijn schouders op: ‘Hij was een randfiguur.’

jan
01
1978
0

De RAF – in de Nederlandse media

De Nederlandse media waren in de jaren zeventig in het algemeen op de van de hand van de RAF, zeker binnen de geëngageerde stroming van New Journalism.  Toen Nederland eind jaren zeventig op eigen bodem werd geconfronteerd met gewelddadigheden van de RAF, kwam hierin een omslag.

protestDe naoorlogse Nederlandse weerstand tegen Duitsland was waarschijnlijk nooit groter dan in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Vreemd genoeg had de Tweede Wereldoorlog gedurende de jaren vijftig niet zo veel aandacht gekregen. Nederland was zo druk met de wederopbouw dat voor verwerking van de oorlog geen aandacht meer was.

Dit veranderde in de jaren zestig. Algemeen wordt het uitzenden van de televisieserie ‘De Bezetting’ als begin van deze ontwikkeling beschouwd. In de veel bekeken serie werd de nadruk gelegd op het barbaarse karakter van de Duitse bezetter die het vredige, goedlopende leven van de Nederlanders wreed verstoorde. Veel mensen waren er van overtuigd dat Duitsers een ander karakter hadden dan Nederlanders. Er zou sprake zijn van een typisch Duitse volksaard. ‘De Duitser’ hield niet alleen van worst en bier en kuilen in het strand, maar was ook per definitie lichtgeraakt en van nature slaafs en onderdanig. Bovendien werd vaak benadrukt dat de democratie in de Bondsrepubliek nog heel jong was. De vergelijking met de Republiek van Weimar was snel gemaakt: ook een jonge democratie die relatief snel in de ban raakte van een ‘grote leider’.

Aan het einde van de jaren zestig laaide, in Nederland, net als in de rest van Europa, het studenten- en jongerenprotest op. Het anti-fascisme en de strijd tegen al wat autoritair was stond zeer hoog in het vaandel. Duitsland gold, in het licht van haar recente verleden, als afschrikwekkend voorbeeld. Een ander belangrijk kenmerk van de protestgeneratie was dat de jongeren sympathiseerden met hun collega’s in het buitenland. Dus ook met de West-DuitseAusserparlementarische Opposition (APO), de intellectuelen- en studentenbewegingen die zware kritiek hadden op het functioneren van de Duitse democratie en de consumptiemaatschappij.

New Journalism
De idealen van de jongeren kregen steeds meer invloed op de journalistiek. Er ontstond een nieuwe stroming die bekend kwam te staan als New Journalism. Voorheen probeerden journalisten het nieuws zo neutraal en objectief mogelijk te brengen, maar wel met respect voor de autoriteiten en de eigen zuil. New Journalism bracht daar verandering in. Een goede journalist moest juist geëngageerd zijn. De gewone burgers moest worden verteld dat zij door de kapitalistische machthebbers werden onderdrukt. Pas als zij zich hiervan bewust werden, was een andere maatschappij mogelijk. Het beroep van journalist werd populair en veel babyboomers kozen het als werkterrein. Dat had gevolgen voor de berichtgeving over de Rote Armee Fraktion. De RAF deelde een belangrijk doel met New journalism. Beide bewegingen streefden ernaar de massa wakker te schudden uit haar door de kapitalistische, conservatie bovenlaag veroorzaakte ‘sluimertoestand’. Veel journalisten konden daarom enige sympathie opbrengen voor de groep en vonden de bestrijdingsmethoden van de Bondsrepubliek buiten alle proporties. In de verslaggeving werd dan ook vaak de kant van de ‘actievoerders’ gekozen. Vertegenwoordigers van de Duitse regering werden vrijwel nooit aan het woord gelaten om hun kant van het verhaal toe te lichten. Verslaggevers en geïnterviewden verklaarden altijd wel tegen geweld te zijn, maar benadrukten daarbij ook steeds dat de regering het geweld met de dood van Benno Ohnesorg begonnen was.

Soms leek het wel of de Nederlandse journalisten tot de sympathisanten van de RAF behoorden. Hun oordeel was vaak niet mild. Veel journalisten namen de beschuldigingen van de RAF en haar advocaten klakkeloos over en spraken van onmenselijke toestanden in de gevangenis. Op TV werd openlijk getwijfeld aan de verklaring van de Duitse overheid dat Meinhof, Baader, Ensslin en Raspezelfmoord hadden gepleegd. Ook ging veel aandacht uit naar deRadikalenerlass, de serie wetten waarmee de Bondsrepubliek probeerde het terrorisme te beteugelen. Vooral de praktijk van de Berufsverbote uit deze serie kreeg veel kritiek. Mensen van wie bekend was dat zij de democratie niet erkenden mochten niet in overheidsdienst werken. Dat betekende in de Bondsrepubliek dat zij dan ook geen leraar, advocaat of treinmachinist mochten worden. Sommige deelstaten gingen hierin erg ver en vonden al snel dat iemand de democratie niet steunde. Nederland sprak er schande van. De PvdA schreef een brandbrief naar haar zusterpartij, de SPD. Er kwam een SPD-delegatie naar Amsterdam om de ruzie te sussen, maar veel PvdA’ers bleven verontwaardigd. Ook journalisten protesteerden hevig. Ze gebruikten termen als ‘heksenjacht’ en op televisie verschenen veel interviews met ogenschijnlijk nette jonge Duitsers die een Berufsverbot hadden gekregen omdat ze ooit in een demonstratie hadden meegelopen.

Sympathie
ulrikemeinhofEr is geen opinieonderzoek bekend waarin aan de Nederlandse bevolking werd gevraagd hoe zij tegenover de RAF stond. De opvattingen die uit de media klinken zijn natuurlijk niet per se dezelfde als die van ‘de man in de straat’. Maar de meeste Nederlandse jongeren konden wel sympathie opbrengen voor hun tegen het establishment strijdende leeftijdsgenoten. Bovendien was de RAF in wezen anti-Duits. Zij vocht namelijk tegen alles wat veel Nederlanders in Duitsland verafschuwden. Bijvoorbeeld tegen de oud-nazi’s die vaak nog belangrijke posten in de maatschappij bekleedden en tegen de ‘slaafse volgzaamheid’ van de Duitse burgers. Oudere Nederlanders hadden minder op met de radicale jongeren maar konden zich vaak wel vinden in hun kritiek op de Bondsrepubliek. Het harde optreden van de regering tegen de RAF riep bij velen – onterecht – herinneringen op aan de vervolgingen van andersdenkenden in de jaren dertig en veertig in Duitsland.

Het tij keerde na de Duitse Herfst in 1977. Het gebruikte geweld in deze periode ging velen te ver. Tijdens de vliegtuigkaping was het leven van 91 onschuldige mensen in gevaar gebracht. Bovendien hadden leden van de RAF een uitstapje naar Nederland gemaakt. De ontvoerde Schleyer was tijdelijk ondergebracht in Den Haag en daarom verbleven er ook enkele terroristen in dit land. De politie kwam ze op het spoor en probeerde ze in te rekenen. Dit leidde in Utrecht en in Amsterdam tot schietpartijen. In Utrecht kwam hierbij een politieman om het leven. Het geweld dat de RAF gebruikte breidde zich uit. Er vielen nu zelfs doden en gewonden in Nederland. Daardoor was het Duitse terrorisme niet langer een ver-van-mijn-bed-show. In Nederland leek men ook gevaar te lopen. Het klimaat in Nederland veranderde. De argwaan tegen Duitsland bleef nog even bestaan, maar de sympathie voor de RAF stierf snel af.

jan
01
1970
0

Rote Armee Fraktion

RAF-LogoDe Rote Armee Fraktion (Duits, Ned.: Rode-Legerfractie) was de actiefste naoorlogse linkse extremistische terreurgroep in Duitsland. De RAF stond ook wel bekend onder de naam Baader-Meinhof-Groep. De groep werd in 1970 opgericht door onder meer Andreas Baader, Gudrun Ensslin en Horst Mahler, die later gezelschap kregen van Ulrike Meinhof. De groep was verantwoordelijk voor 34 moorden en talrijke bankovervallen en bomaanslagen. In 1998 meldde de RAF dat ze zichzelf had opgeheven.

Achtergrond
Vooral in de studentenbeweging ontstond er aan het eind van de jaren zestig steeds meer onvrede over het feit dat veel bestuurders uit het Nazi-tijdperk nog steeds ‘waakten’ over de fundamenten van de Duitse samenleving. Doel van de groep was zich ondergronds tegen “het systeem” te verzetten. De Rote Armee Fraktion ageerde verder ook sterk tegen de in Duitsland heersende “kapitalistische staat”. De naam van de groep was afgeleid van het Russische Rode Leger, de term “Fraktion” (een eenheid binnen de Communistische Partij) werd toegevoegd om het verband met de internationale Marxistische strijd te benadrukken. De organisatiestructuur en handelwijzen waren grotendeels geïnspireerd door de Tupamaros, de linkse stadsguerrilla uit Uruguay. Het is bekend dat er banden waren met het toenmalige (communistische) Oost-Duitsland. Zo werd aan Inge Viett, lid van de RAF én de Beweging van de Tweede Juni, onderdak verschaft door de toenmalige DDR. Buiten de rechtstreekse politieke belangen in het kader van de Koude Oorlog had de DDR er belang bij om op de hoogte te zijn van op handen zijnde acties van beide groeperingen, teneinde haar Stasi-spionnen in het Westen geen gevaar te laten lopen als gevolg van de verhoogde paraatheid van de regering van de Bondsrepubliek.

Eerste generatie (lees verder…)

Onze sponsor Colani | Ontwerp: Oppositie 2.0 door colani.nl